drie kinderen

Met drie kinderen ‘even’ ergens naartoe

Mijn oudste is nu 4 en een half en ik moet zeggen dat ik dat best een makkelijke leeftijd vind. Ze is vrij zelfstandig en ik kan haar gerust ergens mee naartoe nemen, zonder al teveel drama. Mijn middelste is een ander verhaal. Volgende maand wordt hij 3 en als ik hem meeneem, is de kans op een gênante scene in het openbaar vrij groot. En dan is er nog mijn baby van 4 maanden oud. Een ontzettend makkelijk meisje, behalve in het openbaar. Toen ik hoorde dat de peuterspeelzaal een feestje organiseerde op de kinderboerderij waar alle ouders, broers en zussen ook voor uitgenodigd waren, was mijn eerste gedachte ‘oh nee hè?’.

Met drie kinderen ‘even’ naar het feestje op de kinderboerderij

Mijn volgende gedachte was, ‘dat is natuurlijk wel heel leuk voor mijn peuter en mijn kleuter’. We gaan de laatste tijd niet zo vaak met zijn vieren ergens naartoe. Uitjes plannen we meestal in het weekend, want dan is mijn man vrij. Door de weeks blijven we wat dichterbij huis en als we ergens naartoe gaan, is dat meestal op loopafstand.

Het feestje stond gepland op vrijdagmiddag. De loedermoeder in mij zei ‘zeg er gewoon niks over, want wat niet weet, dat niet deert’. Maar aan de andere kant dacht ik, dat kan ik niet maken. En daar kwam nog bij dat de kans vrij groot was dat mijn peuter er op de peuterspeelzaal iets over zou horen.

Laten we toch maar gaan

Ik heb zelf gekozen voor een derde kindje (voor zover je daarvoor kunt kiezen, dan) en dat mocht geen reden zijn om niet te gaan, vond ik. ’s Ochtends pakte ik de luiertas in, waar ik nog een rompertje in maat 50 tegenkwam. Mijn baby draagt nu meestal maat 68, dus het was tijd om er wat andere reservekleertjes in te doen. Ook kwam ik nog een verdwaalde luier in maat 1 tegen, waar mijn baby echt niet meer in past.

Voordat we naar de basisschool gingen om mijn kleuter op te halen, voedde ik mijn baby. Ik dacht nog, ‘dan hoef ik dat straks niet te doen op de kinderboerderij’. Vervolgens zette ik alvast drinken en een koekje klaar. We liepen naar de basisschool, haalden mijn kleuter op (die al helemaal enthousiast was, want tja, kinderboerderij!). Onderweg vertelde ik ze dat ik heel graag wilde dat ze lief zouden zijn, goed zouden luisteren en dat ik wilde dat ze gewoon mee zouden gaan als ik ze zou zeggen dat we weer naar huis gaan (tja, dromen mag, toch?).

Wat een gedoe

Terwijl de peuter en de kleuter hun ranja opdronken en hun koekje opaten, probeerde ik de kinderwagen in de auto te doen. ‘Mama, doe jij?’. ‘Ik doe even de kinderwagen in de auto, blijf jij maar even binnen.’ ‘Ik wil helpen!’ Van de wal in de sloot, ja. Terwijl ik probeerde om de kinderwagen in de auto te doen (ik weet niet hoe dat bij anderen gaat, maar bij mij is dat altijd een marteling), ‘hielp’ hij mee. Hij stond aan de kinderwagen te trekken, maar precies de verkeerde kant op. Nou ja, uiteindelijk lukte het.

Toen de koekjes op waren, zette ik de kinderen in de auto. De peuter was boos, want hij wilde naast de baby zitten. Maar de kleuter zit in het midden, en aangezien ik geen zin heb om de riempjes van de autostoelen iedere keer aan te passen, hebben ze gewoon hun eigen plek. ‘Oké, dan blijven we maar thuis’. ‘Nee!’, klonk het in koor. Toen konden ze opeens wel in de auto gaan zitten zonder te zeuren.

Op de kinderboerderij

Kinderwagen eruit, kleuter eruit, peuter eruit, baby uit de auto en in de kinderwagen… ‘Hé, waar is mijn kleuter nou weer?’ Die bleek al naar de paarden te zijn gelopen. ‘Ikke wil niet lopen mama.’ Dat is de reden waarom we een duowagen hebben. Maar guess what? Het zitje van de peuter lag nog thuis. Gelukkig heeft hij daar een oplossing voor; hij kruipt gewoon in de boodschappenmand onder de kinderwagen.

Toen we de kinderboerderij opliepen, begon de baby te huilen. De kleuter zag geschminkte kinderen en wilde ook. De peuter niet, die wilde op het springkussen. Het schminken was binnen en het springkussen natuurlijk niet, dus ik nam hem maar even mee naar binnen. Er stond een ellenlange rij, maar daar wilde de kleuter best op wachten. Tuurlijk… Gelukkig bedacht mijn peuter opeens dat hij toch geschminkt wilde worden. Niet zoals alle andere kinderen, nee, bij hem moet alles altijd net even anders. Hij bedacht dat hij een voetbal om zijn arm wilde. ‘Net als een tattoo.’ Oké jongen.

Mijn huilende baby trok erg veel aandacht, maar gelukkig zorgden al die hoofden boven de kinderwagen voor een lach op het gezicht van mijn baby. ‘Ah, wat een schatje. Kijk die wangetjes nou!’ ‘NIET. AANKOMEN!’ dacht ik. Echt jongens, ik sta dan helemaal op scherp. Te laat, iemand knijpt in de wangetjes van mijn kind. ‘Straks maar lekker onder de douche’, was mijn eerste gedachte.

Honger, dorst en spelen

Met twee geschminkte kinderen en een baby die wel erg chagrijnig keek liep ik het terras op. ‘Ik heb dorst.’ ‘Ikke honger’. Gelukkig was er overal voor gezorgd. Er stond ranja, koekjes, fruit, rozijntjes… ‘Ik wil dat je mee gaat mama, anders durf ik niet’. Dus daar ging, met mijn kinderwagen over het drukke terras. ‘Waarom heb ik mijn draagdoek niet meegenomen? O ja, ik vond het te warm om haar te dragen.’ Maar daar had ik nu wel een beetje spijt van.

De kleuter kwam een klasgenootje tegen en ging spelen. De peuter bleef nog even bij me om zijn rozijntjes op te eten en vervolgens ging hij naar de zandbak. En de baby was niet in haar element en was nog steeds aan het jengelen. Ik zocht een plekje in de schaduw en zette haar bij mij op schoot. Waar ze vervolgens fanatiek om zich heen begon te happen. Tuurlijk, ze heeft honger. Nooit drinkt ze op dit tijdstip, en nu wel. Ik voed wel vaker in het openbaar, maar meestal niet op een overvol terras terwijl er vreemde mensen tegenover me aan tafel zitten.

Voeden in het openbaar

Zo subtiel mogelijk deed ik mijn shirt omhoog en legde ik mijn baby aan. Ondertussen probeerde ik mijn andere kinderen in de gaten te houden. Ik was mijn kleuter allang uit het oog verloren, maar die redt zich wel. De peuter is een ander verhaal en die houd ik liever in het vizier. Waar is hij nou gebleven… Daar zit je dan, met een kind aan je borst, en je hebt geen idee waar je peuter is. Gelukkig kwam hij er even later weer aan en hij ging weer in de zandbak zitten.

Mijn baby dronk, en dronk, en dronk… Er leek geen einde aan de komen. Terwijl ze thuis altijd heel snel klaar is met drinken, hield ze het nu wel erg lang vol. Waarschijnlijk zocht ze troost of geborgenheid. Prima, maar ik wilde eigenlijk wel even gaan kijken waar mijn kleuter was gebleven. Ik had toch echt een draagdoek mee moeten nemen…

Ruzie

Een half uur later, met nog steeds een baby aan mijn borst, hoor ik opeens gegil. Ik kijk, en ik zie zand door de lucht vliegen. Ja hoor, dat deed die van mij. Mijn peuter heeft ruzie met een soortgenootje. Twee jongetjes van nog geen meter hoog lopen tegen elkaar te schreeuwen en met zand te gooien. Ik moet ingrijpen, maar ja, baby aan mijn borst… Op het moment dat ik haar even in de kinderwagen wil leggen, komt mijn peuter naar mij toe. ‘Kindje zand gooien! Kindje niet lief! Ikke boos!’. Ja vriend, ik zag net dat jij ook geen lieverdje was. Ondertussen is de baby eindelijk klaar met drinken en besluit ik samen met mijn peuter mijn kleuter te gaan zoeken.

Die blijkt lekker aan het spelen te zijn met klasgenootjes en andere kinderen. Ook de peuter gaat spelen en ze baby is stil, zo lang ik maar aan het lopen ben. Na (voor mijn gevoel) een halve marathon te hebben gelopen, vind ik het mooi geweest. ‘Jongens, we gaan naar huis!’

Naar huis

Verrassend genoeg is de peuter het er wel mee eens. ‘Ikke beetje moe. Mijn beentjes zijn moe van rennen.’ Nou, die van mij ook! ‘Ik wil niet naar huis! Ik wil nog langer spelen!’ Natuurlijk is de kleuter het niet met me eens. ‘We hadden afgesproken dat je gewoon mee zou gaan, toch?’ ‘Nee hoor, echt niet!’. ‘Ik ga naar huis, dáág!’ Ze kijkt me aan en weet dat ik bluf. Ik besluit gewoon te blijven lopen en uiteindelijk geeft ze toe. ‘Néé, wacht mama!’ Ze rent naar me toe en is heel boos, maar ze gaat wel mee.

Wat is het fijn om weer thuis te komen. De baby gaat naar bed en ik zet de peuter en de kleuter voor de televisie. Zelf pak ik een glaasje cola om even bij te komen. Dat was een heftig middagje, maar stiekem ben ik ook wel een beetje trots op mezelf!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

CommentLuv badge

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.